search
top

Piketty: het hoogtepunt voorbij?

Is de waarde van onze kapitaalgoederenvoorraad aan het dalen? En wordt de waarde van ons totale vermogen steeds meer ‘gefinancialiseerd’? Piketty stelt, in zijn bekende boek, dat de waarde van ons aller kapitaal, afgemeten aan ons inkomen, in de negentiende eeuw hoog was, vervolgens daalde tot een laag niveau in (ruwweg) de 1925-1985 periode en daarna tot 2010 weer begon te stijgen. Wat, omdat het eigendom van kapitaal altijd tamelijk ongelijk verdeeld is, de ongelijkheid doet toenemen. Het is echter niet onmogelijk dat de waarde van het ‘vaste’ kapitaal, inclusief de netto waarde van ons financiële kapitaal, weer aan het dalen is (zie grafiek).

2013

Voor een artikel heb ik de schattingen van de kapitaalgoederenvoorraad van het CBS conform de methode van Piketty teruggetrokken, daarbij voor zover mogelijk gebruik makend van de CBS methodologie zoals die blijkt uit allemaal CBS documenten op het internet (zie het komende artikel). Gelukkig was de deadline 10 september, zodat ik de revisie van de nationale rekeningen (die op 12 september werden gepubliceerd) niet kon meenemen… De gereviseerde nationale rekeningen bevatten herschattingen van de kapitaalgoederenvoorraad met als belangrijkste verandering dat Onderzoek en Ontwikkeling van onder andere bedrijven gezien wordt als investering die tot kapitaal leidt. Deze gegevens zijn buiten de grafiek gehouden, enkele andere reeksen laten nieuwe, hogere niveaus zien (software!), deze zijn voorlopig gewoon aan de oude reeksen geplakt. De reeks van het netto financiële vermogen is voorlopig even ongewijzigd gelaten (zie beneden).

Enkele opmerkingen:

* Hoe je de gegevens ook went of keert – de daling van de waarde van de kapitaalgoederenvoorraad (te onderscheiden van financieel kapitaal!) zet zich door. Mijn idee is dat dit structureel is. De daling is vooral geconcentreerd in de waarde van grond onder woningen en bedrijfsgebouwen (door het CBS min of meer berekend als: totale woningwaarde minus bouwkosten van de opstallen in lopende prijzen). De bekende zeepbel, die leegloopt (maar die dus nog niet zo laag is al na 1980!).

* Niet onbelangrijk is dat de standaard groeitheorie (auteurs zoals Harrod, Domar, Solow) zich vooral baseert op ‘afschrijfbaar’ (‘depreciable’) kapitaal en niet op niet-geproduceerde inputs zoals land, voorraden aardgas of patentrechten. Wel wordt hier vaak ‘human capital’ aan toegevoegd (‘menselijk kapitaal’ is een te vage vertaling omdat dat ook ‘humane capital’ omvat, ‘kennis, scholing en ervaring’ is beter). Dit valt echter weer buiten het kapitaal begrip van de nationale rekeningen, omdat het niet verkoopbaar aan anderen (vliegtuigen, woningen, …) dan wel overdraagbaar aan nieuwe generaties (gasvoorraden, dijken) is. De voorraad afschrijfbaar kapitaal vertoont geen structurele stijging na 1985 (gemeten als percentage van de productie). Integendeel. Overigens is het bredere, klassieke kapitaalbegrip vooral van belang voor de verdeling zowel als voor de analyse van de productie, terwijl ‘afschrijfbaar’ kapitaal vooral interessant is vanuit het oogpunt van een analyse van de productiviteitsstijging.

* Probleem: de schatting van het netto financiële kapitaal (financiële waarden minus schulden) is dramatisch bijgesteld. De trend is niet veranderd (met dank aan de lage rente…), het niveau is echter met 50 tot 70% van het BBP bijgesteld. Daar kunnen allerlei redenen voor zijn. Zo maakt het groot verschil of ons buitenlandse financiële bezit tegen boekwaarde of tegen marktwaarde wordt gewaardeerd. En andersom. Maar het is me momenteel niet duidelijk waar dit ontzagwekkende verschil vandaan komt. Voorlopig heb ik de oude reeks aangehouden.

Vermogen

De nieuwbouw moet snel weer omhoog (en nee, niet in Slochteren)

In de Volkskrant stelt Yvonne Hofs vandaag: “Rond 2030 komen er jaar lijks circa 53.000 woningen vrij. Dat is ongeveer evenveel als de nieuwbouwproductie van vóór de kredietcrisis’.

Zucht.

Dat is beduidend minder dan de niewbouwproductie van vóór de kredietcrisis. Maar het is meer (veel meer) dan er nu gebouwd wordt. Want de bouw bevindt zich op een historisch dieptepunt.

De site van het CBS leert ons, in luttele minuten, dat de laatste keer dat er vóór de crisis minder dan 53.000 woningen werden gebouwd het jaar 1950 was. Daarna heeft de productie tot en met 2011 (zeer) ruim boven die 53.000 gelegen. Het dieptepunt in die periode was 59.000, in 2003. In de 2000-2008 periode lag de woningbouw verder tussen de 65.000 en de 83.000. Nu is er natuurljk wel sprake van een lager nieuwbouwvolume. Desastreus veel lager zelfs (grafiek 1). Hé, Yvonne, we hebben, nog steeds, een kredietcrisis! En moet het crisisniveau echt maatgevend worden voor onze economie?

1woning

Dit alles maakt duidelijk dat de kop boven het artikel, Gemeente, ga nu niet bouwen, een woningtekort is tijdelijk, niet enkel tendentieus maar zelfs gevaarlijk. Het dekt sowieso de lading van het artikel niet – het artikel stelt dat gemeentes als Slochteren niet te veel moeten bouwen. Maar zelfs dan gaat het artikel er impliciet vanuit dat de woningbouw zich nu, net als enkele jaren geleden, nog steeds op een enigermate redelijk peil bevindt. Quod non.

HET AANTAL AFGEGEVEN BOUWVERGUNNINGEN IS TERUGGELOPEN TOT ONGEVEER HET NIVEAU VAN HET AANTAL JAARLIJKS GESLOOPTE ‘WONINGEN EN NIET WONINGEN’.

2woning

De bouw bevindt zich op een historisch dieptepunt (denk: pre eerste wereldoorlog). Terwijl we nu met ruim drie keer zoveel mensen zijn en de bevolking nog steeds groeit. Toegegeven en daar ben ik helemaal voor, op actieve wijze zelfs, er moet meer worden herbestemd . Maar dat gebeurt al, in toenemende mate. Zie de tweede grafiek. Desondanks zal meer nieuwbouw dan nu noodzakelijk zijn, zeker als de participatiesamenleving meer dan enkel een bezuinigingsmaatregel moet worden (wat natuurlijk niet zal gaan gebeuren, maar dat is een andere discussie). Want dan zullen er heel veel ouderen vlak in de buurt van hun kinderen moeten (kunnen) gaan wonen, waar nogal wat sloop, herbouw en nieuwbouw voor nodig zal zijn.

Beste Yvonne, richt je blik op de toekomst! En vraag jezelf af: moeten we, ten kosten van de jongere generatie, het aanbod van woningen beperken en daarmee de prijs van woningen van ouderen, zoals jij (ja, ook jij, bekijk het eens door de ogen van die jongeren…) op drijven. Terzijde – Leeuwarden sluit goede, goedkope studentenhuisvesting en bouwt peperdure nieuwe huisvesting… je kunt op dit gebied niet cynisch genoeg zijn. En maak je er niet druk over of jouw huis tegen de tijd dat iedereen gaat sterven nog veel waard is. Natuurlijk niet. Maar we kunnen er nog wel in wonen. Hoe we dat gaan doen, dat is de vraag.

top