search
top

Een empirisch voorbeeld van de ‘liquiditeitsval’

Volgens economen kan een zogeheten ‘liquiditeitsval’ bestaan. Dit is een situatie waarin huishoudens en bedrijven niet willen investeren – ook niet als de rente erg laag is. Modelmatig wordt deze situatie wel afgeleid uit het zogeheten IS/LM model, maar dat is nu niet van belang. Waar het om gaat is de historische situatie: de bestedingen liggen bijzonder laag, ondanks een bijzonder lage rente – omdat er geen vertrouwen is, of omdat er veel te veel kapitaalgoederen zijn, of, nou ja, om wat voor reden dan ook. Ik begrijp ondertussen, mede door dit artikel van Izabella Kaminska, dat nog niet iedereen van de historische mogelijkheid van deze situatie doordrongen is, een situatie waarin een Centrale Bank machteloos is om de economie op te krikken door de rente te verlagen. Maar deze situatie bestaat wel degelijk. Nogmaals: het gaat me hier niet om de discussie over het IS/LM model, het gaat me om ( en ‘animal spirits’ is een term van Keynes waarmee hij op het producenten- en consumentenvertrouwen doelde):

” a circumstance in which the private sector is deleveraging in the wake of enduring negative animal spirits caused by the bursting of joint asset price and credit bubbles that leave private sector balance sheets severely damaged. In a liquidity trap the animal spirits of the private sector cannot be revived by a reduction in short-term interest rates because there is no demand for credit. This effectively means that conventional monetary policy does not work in a liquidity trap.

En ja, die situatie bestaat. Het mooiste voorbeeld daarvan is wat mij betreft de grafiek van het aantal woningen dat in aanbouw is genomen in de VS (* 1.000):

Bron

 

Ondanks een historisch lage rente gedurende een historisch lange tijd ligt de woningbouw in de VS nog steeds op zijn gat. Andere investeringen in de VS zijn wel opgeveerd en ook de autoverkopen (die evenals, normaliter, de woningbouw rentegevoelige zijn) maar de woningbouw nog niet. En dat betekent dat andere sectoren deze vraag- en produktie-uitval moeten opvangen. Bijvoorbeeld de sector buitenland. Maar daarvoor zal de dollar moeten dalen. Of de bedrijven – maar daarvoor zouden de bedrijfsinvesteringen ver boven het huidige, al gestegen niveau moeten komen te liggen. Dat is niet realistisch. Blijft over: de overheid… De vraag is natuurlijk of die extra overheidsuitgaven wel nuttig zijn. Maar in een situatie waarin, in de VS, honderdduizenden docenten worden ontslagen en waarin, in Europa, miljoenen mensen door kortingen op hun pensioenen onder het bestaansminimum gaan komen en al zijn gekomen en miljoenen gezinnen van het snel toenemend aantal langdurig werklozen onder zware economische stress staan lijkt dat me een wat retorische vraag.

Leave a Reply

top