search
top

De ECB, de notulen en een open, democratische samenleving

Het publiceren van de notulen van de maandelijkse vergadering waarin de hoofdlijnen van het monetaire beleid worden bepaald:

De Centrale Bank van Japan doet het na drie weken

De Fed van de VS doet het na drie weken

De Bank of England doet het na twee weken

En de ECB doet het na 1560 weken…

 

En natuurlijk moet de ECB van de notulen van de vergaderingen vergaderingen veel sneller gaan publiceren. En wel minimaal tien dagen voordat de volgende vergadering plaats vindt, waarbij meningen en stemmen met naam en toenaam worden genoemd. Dit naar aanleiding van een vraag die mij gesteld is vanwege mijn lidmaatschap van de ‘ECB shadow council’ van het Duitse Handelsblatt.

De reden waarom dat moet is simpel – in een open maatschappij hebben mensen daar recht op. Tijdens de crisis hebben vele miljoenen mensen hun baan verloren of zijn ze hun bedrijf kwijtgeraakt. Anderen hebben hun pensioenen zien verschrompelen. En dat alles vanwege een crisis die -linksom of rechtsom-  direct te maken heeft met het monetaire beleid van de ECB vóór zowel als ná 2008. En men heeft er recht op om te weten hoe er tijdens de vergaderingen over deze situatie gepraat wordt. Let wel: ik zeg beslist niet dat de ECB en de Euro de enige oorzaak van de crisis zijn. Maar dat is het punt niet. Maar de ECB is wel een zeer belangrijke monetaire speler. En die moet, net als de Bank of England en de Fed en de Bank van Japan, opening van zaken geven. Wij hebben daar recht op.

Want ook centrale banken maken fouten. Ongeveer twee jaar terug heb ik de notulen van de Fed van de periode 1978-1982 dorgelezen (sorry, was typefout, maar inderdaad zeer dor). Ik wist namelijk dat de consumentenprijsinflatie in de VS in 1980 13,5% was geweest terwijl de GDP-deflator  die niet alleen de ontwikkeling van de consumentenprijzen weergeeft maar ook die van bijvoorbeeld de investeringen van bedrijven en die dus een betere schatter van de echte inflatie is, met ‘slechts’ 10% was gestegen. En ik wilde weten of men zich daar bij de Fed rekenschap van had gegeven. Nee dus. Sterker: in het begin had men het nog regelmatig over een wat vergelijkbare indicator – maar later niet meer. Met fnuikende gevolgen. De Fed Funds Rate werd verhoogd tot 20% (juni 1981), wat, volgens Jelle Zijlstra in het Jaarverslag van De Nederlandsche Bank, ons noopte de rente meer te verhogen dan gezien de binnenlandse situatie noodzakelijk was. Denk aan de torenhoge werkloosheid in die dagen! En denk ook aan de schuldencrisis die losbrak, door die hoge rentes. Mensen hebben het recht te weten of er zulke fouten worden gemaakt. Vandaar dat die notulen moeten worden gepubliceerd – en snel.

 

Terzijde – de BBp-deflator is natuurlijk ook de prijsmaatstaf die consistent is met het momenteel populaire ‘NGDP-targeting’

Overigens ben ik aan het denken over het begrip -‘biflatie’: één inflatiemaatstaf voor de ‘finale vraag’ (i.e. de wereld van nieuwe producten en diensten) en één voor bestaande goederen, zoals woningen, antiek, kunst, aandelen en dergelijke. Deze markten zijn nogal gescheiden en moeten wellicht apart worden geanalyseerd.

 

Leave a Reply

top